Als Erik in de polder rondzwerft, vindt hij een dode roofvogel. Net als hij hem opgepakt heeft, komt een grote man dreigend op hem af. ‘Dus jij bent de dader’, zegt hij grimmig. De man dreigt hem aan te geven. Ook Eriks vrienden Ad en Arend maken...
Als Erik, Ad en Arend na een mooie vaartocht bij hun hut aankomen, treffen ze daar een enorme troep aan. Er liggen peuken, bierblikjes en lachgasballonnen. Tot hun verbazing struinen er twee ongure jongens rond, die zich gedragen alsof de hut van hen...